De druivensoort Prosecco

Prosecco is een witte druivensoort die voornamelijk voorkomt in de regio Veneto in het noordoosten van Italië, met Conegliano en Valdobbiadene als belangrijkste subregio’s. De druif, officieel Glera genaamd, wordt vooral gebruikt voor de productie van mousserende wijnen. Prosecco-wijnen onderscheiden zich door hun frisse en levendige karakter. In het aroma domineren tonen van groene appel, peer, perzik en citrusvruchten, aangevuld met florale accenten en soms een hint van amandelen. Het smaakprofiel is doorgaans licht, elegant en sappig, met een aangename zuurgraad en een subtiele bubbel die zorgt voor verfrissing.

Prosecco komt doorgaans voor als spumante (vol mousserend), frizzante (licht mousserend) en in zeldzamere gevallen als stille wijn. Spumante is het populairst, vaak droog (Brut) of extra droog (Extra Dry). De stijl benadrukt de fruitigheid, zachte mousse en een toegankelijke drinkbaarheid.

Prosecco is veelzijdig aan tafel. Hij combineert uitstekend met lichte voorgerechten, zeevruchten, sushi, salades en milde kazen. Daarnaast is hij ideaal als aperitief door zijn frisse karakter. Ook bij Aziatische gerechten of lichte pastagerechten zorgt Prosecco voor een harmonieuze smaakbeleving.